Superjuffie!

Kinderboekenschrijfster Janneke Schotveld

Janneke Schotveld schreef dit jaar het kinderboekenweekgeschenk ‘Kattensoep’. Ze won met haar kinderboeken verschillende prijzen en werd  bekend door haar succesvolle reeks ‘Superjuffie’. Niet voor niets heet het personage Superjuffie. Voordat Janneke fulltime kinderboekenschrijfster werd, was ze zelf vrijeschooljuffie.  

Tekst en beeld: Hester van Delden. Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Seizoener/ herfst 2017.

Als kind schreef ze al, zodra ze het kon. Verhaaltjes, brieven, dagboeken, ‘tijdschriften’. Met buurmeisje Tanneke onderhield ze een intensieve briefwisseling. Op de grens van hun balkons stond een oude, versierde prullenbak – de ‘brievenbus’- waarin de buurmeisjes hele epistels aan elkaar postten. En soms ook stukken taart. Nog steeds schrijven Janneke en Tanneke elkaar nu al veertig jaar lang elke dag, hoewel de ouderwetse brief met envelop inmiddels heeft plaatsgemaakt voor email en app. Janneke bezocht reguliere scholen en volgde een opleiding Creatieve Therapie, maar vond zichzelf daarna nog te jong om als therapeut te gaan werken. Er was ook nauwelijks werk. Ze ging als uitzendkracht op een antroposofische zorgboerderij aan de slag en volgde in de avonduren de Pabo.

Eigen schooltje

Op zorgboerderij De Dijckhof in Driebergen voelde Janneke zich meteen thuis. Al gauw kreeg ze er een vast dienstverband als groepsleider en na een paar jaar ging ze er zelfs wonen. Omdat ze voor een antroposofische instelling werkte maar regulier geschoold was, besloot ze haar vervolgopleiding Remedial Teaching aan vrijeschoolpabo Helicon te volgen. Na haar diploma werd haar gevraagd om op De Dijckhof een dependance van de Zonnehuisschool op te zetten. Janneke: ‘Daar hoefde ik niet lang over na te denken. Welke net afgestudeerde juf mag er nou meteen een eigen schooltje beginnen?’ De boerderijschool was in het begin gevestigd op een zoldertje boven de koeienstal. Meestal had Janneke zo’n zes tot tien kinderen in de klas, van zeer uiteenlopende niveaus. ‘Het was een ontzettend leuke pionierstijd, waarin er nog veel mocht en waar ik met weemoed aan terugdenk.’ Maar na een aantal jaren veranderde het klimaat op de zorgboerderij. ‘Er kwamen managers met plannen, regels en protocollen. Ik was mijn vrijheid kwijt. Ik ben geen vechter, heb nooit leren ruziemaken en ik probeerde me dan ook te voegen. Maar ik werd er ongelukkig van. Ik kon niet aanzien hoe deze mooie plek vermorzeld werd door mensen die kilometers verderop iets achter hun bureau hadden bedacht.’

Villa Fien

Niet toevallig schreef Janneke in deze periode haar eerste kinderboek, gebaseerd op haar ervaringen als juffie: Villa Fien. Over vier kinderen die door hun ouders in de steek zijn gelaten, en op de boerderij van Fien wonen en leskrijgen. Elke maandagochtend mag een van de kinderen een pijltje naar de wereldkaart gooien. Het land waar het pijltje terechtkomt, is het onderwerp van de week. Het is een rommelige boel, maar ze hebben het heel gezellig met elkaar. Helaas komt daar een einde aan als onverwacht de Inspecteur van het Ministerie op de stoep staat. Hij vindt dat het een zootje is op de school en wil de kinderen naar een Beter Pleeggezin sturen. Dat laten Fien en de kinderen natuurlijk niet zomaar gebeuren. Ze sluiten de inspecteur op en dan…

Inspecteur

Het bezoek van de onderwijsinspecteur aan Jannekes eigen boerderijschool was, anders dan in haar boek, wél gepland. ‘Het was een heel serieuze man, die zijn ogen uitkeek op die vreemde plek. We begonnen ’s morgens heel antroposofisch met een lied in een kring. Ik zag hem kijken: in wat voor sekte ben ik nu beland? Wat me frustreerde was dat hij vooral geïnteresseerd was in mijn administratie, die overigens best in orde was. Maar hij vond het niet genoeg. En hij keek niet naar de kinderen. Mijn schooltje was in die tijd een beetje het afvoerputje van de Zonnehuisschool – als het daar echt niet meer ging, kwamen de kinderen hier. Er zaten heel moeilijke leerlingen tussen, met forse gedragsproblemen. Een jongen was al twee jaar niet naar school geweest en kwam nu weer elke dag. Hij zat te lezen op de bank. Te lézen! Het was al een wonder dat hij gewoon zat, zonder met iets te gooien… De inspecteur wilde weten hoeveel minuten per dag hij las en waar ik dat bijhield. Ik geloof dat dat het moment was dat er een verhaal ontstond. Met het schrijven van Villa Fien wilde ik vooral mijn eigen frustratie kwijt, dat is gelukt.’

Ik kon niet aanzien hoe deze mooie plek vermorzeld werd door mensen die kilometers verderop iets achter hun bureau hadden bedacht.

Boodschap

Naast haar werk als juf bleef ze in haar vrije uren kinderboeken schrijven. ‘Ik heb me in die tijd zeker laten inspireren door leerlingen, maar ik kluts altijd eigenschappen van verschillende kinderen door elkaar zodat niemand zichzelf erin herkent.’ Subtiel en met veel humor worden onderwerpen als de bio-industrie, vluchtelingen, pleegkinderen, dierenmishandeling, allochtonen en zwerfafval behandeld. Janneke: ‘Het is niet mijn bedoeling om een boek met een ‘boodschap’ te schrijven. Ik gebruik dingen die me bezighouden om het zelf kwijt te kunnen. Natuurlijk is het wel mooi meegenomen als kinderen er daardoor over na gaan denken, of als leerkrachten een verhaal gebruiken om een bepaald onderwerp aan te snijden.’ 

Verhalen

‘Verhalen zijn een goede manier om jezelf en de wereld te leren kennen. Daarom zijn ze voor kinderen ook zo belangrijk. Doordat ze horen over kinderen met andere levens, of juist doordat ze zichzelf herkennen in een verhaal, maak je hun wereld groter. Hun woordenschat groeit en dat maakt weer dat ze zich beter kunnen uitdrukken. Op de vrijeschool wordt bij uitstek veel met verhalen gedaan. De kinderen krijgen er een mooie basis mee, van fabels tot de Edda en het Oude Testament. Dat is heel waardevol. Als de school daarnaast ook beschikt over een bibliotheek waar van alles te vinden is, dan ben ik dik tevreden. Op de boerderijschool zorgde ik al voor een leeshoek in de klas met een fijne boekenkast en ik las altijd voor. Later toen ik in het voortgezet speciaal onderwijs met autistische kinderen werkte en de klas weleens te onrustig was, ging ik altijd op de tafel zitten en voorlezen. Die lange, slungelige pubers die als je stopt heel zacht: “meer” brommen. Iets mooiers is er bijna niet.’ 

Een belangrijke manier om jezelf en de wereld te leren kennen is via verhalen.”

Geen regeltjes meer

Jannekes schrijverscarrière nam zo’n grote vlucht dat ze inmiddels fulltime kinderboekenschrijver is. ‘Ineens heb ik een heel ander leven, dat is heel snel maar ook vanzelf gegaan. Ik heb het niet zo gepland, maar ben meegevaren op wat er gebeurde. Terugkijkend is het ook heel logisch: schrijven heb ik altijd gedaan en zal ik ook altijd blijven doen. Het is heel prettig dat er nu geen manager is die me lastigvalt met regeltjes, daar wil ik nooit meer naar terug!’ 


error: Content is protected !!